Zouden we dat wel doen, een jaartje overslaan?
Er staat een jongen klaar in de startblokken om te 100m te racen. Hij is echt snel. In feite is hij de snelste loper van het atletiekteam. Om ervoor te zorgen dat niemand zich gekwetst voelt en omdat de jongen in staat is om zich sociaal aan te passen, heeft zijn coach hem bij elke 100 meter-race gevraagd om even te wachten terwijl de anderen al starten, om ze iets later weer in te halen. Zo eindigt iedereen in het team de race samen met allemaal dezelfde tijd. Het team wint nooit een race en niemand weet hoe snel deze jongen kan echt gaan, maar iedereen houdt van hem wanneer ze een feestje bouwen. En dat is het belangrijkste, toch?
Dit scenario klinkt misschien belachelijk, maar het is veel minder belachelijk dan de praktijk om kinderen van verschillende niveaus bij elkaar te zetten omdat ze toevallig dezelfde leeftijd hebben. Wat nog dwazer is, is dat een eenvoudige, goedkope en effectieve oplossing dikwijls koppig geweigerd wordt. Er zijn zeer weinig interventies in het onderwijs van hoogbegaafde kinderen die een wondermiddel zijn. Maar versnelling leunt er toch dicht tegenaan. Eigenlijk weten we best wel dat het goed zou zijn om hoogbegaafde leerlingen op hun eigen tempo te laten vooruitgaan, in plaats van ze gelijk te laten lopen met hun leeftijdsgenoten.
Regelmatig horen we echter berichten van ouders en leerkrachten die volstrekt tegen versnellen zijn, iets waartegen we toch even moeten ingaan.
-
Ten eerste moeten we eens terugkijken naar de reden waarom onderwijs is georganiseerd zoals het is: het is ontworpen om goede medewerkers te creëren. Hiertoe wordt de leerling volgens chronologische leeftijd in klassen geplaatst. Bij veel leerkrachten gaan de nekharen recht staan wanneer de suggestie geopperd wordt dat een kind effectief voordeel kan hebben van het leren op een hoger niveau dan dat van de andere kinderen die in datzelfde jaar werden geboren. Je verjaardag mag geen beperking te zijn. Het is gewoon een uitgangspunt.
-
Vervolgens wijzen mensen die zich verzetten tegen versnelling bijna altijd op de sociale-emotionele aspecten. Ze zijn bang dat op een of andere manier het versnelde kind hierdoor moeilijkheden zal hebben op sociaal gebied. Dit is het argument dat het minst zinvol is. De versnelling dient inderdaad niet om sociale uitdagingen van een kind te repareren, maar het zal de sociale ontwikkeling van het kind ook niet ten goede komen als ze worden gedwongen in een klas te blijven waarin ze op cognitief vlak met kop en schouders boven hun leeftijdsgenoten uitsteken. Trouwens, andere kinderen merken dit toch.
Als een kind worstelt op sociaal vlak, pak het dan aan. Maar straf een kind niet in zijn academische ontwikkeling omwille van sociale-emotionele uitdagingen. Iedereen zou serieus bezwaar aantekenen wanneer een leraar een kind zou laten zittenblijven omdat hij of zij geen vrienden had in de klas, maar een kind dwingen om in het ‘juiste’ leerjaar te blijven, is precies wat dit net doet. Kinderen kunnen ook buiten de school vrienden van dezelfde leeftijd vinden, als dat de bezorgdheid is. In de scouts, de sportclub, in de academie en bij andere activiteiten kunnen deze kinderen ook vrienden maken.
En is het je ooit opgevallen dat bijna iedereen wel een aantal sociale uitdagingen heeft op school? Die pestkopjes zullen het versnelde kind uiteindelijk niet meer gemogen hebben, wanneer het toch op leeftijd was het gebleven. Het kind in een niet-gepaste onderwijssetting houden zal niet noodzakelijkerwijs leiden tot meer vrienden.
-
Een ander probleem dat mensen ervan weerhoudt om tot versnellen over te gaan is dat ze het verkeerde idee hebben dat versnellen niets meer is dan een klas ‘overslaan’. Er zijn juist veel verschillende vormen van versnelling die zelfs gecombineerd kunnen worden. Versnelling kan bv. ook betekenen dat het kind slechts voor één enkel vak naar een hogere klas gaat. Een andere vorm van versnelling is ook twee jaar in éénzelfde jaar doen wat prima te doen is in een graadsklas. Of het kan effectief een jaar overslaan betekenen, dat ook.
Een van mijn zoons sloeg het 4de leerjaar over. Een andere zoon ging meteen van het peuterklasje naar de tweede kleuterklas en gaat nu voor een tweede versnelling in het middelbaar door zich klaar te stomen voor de Examencommissie. Een derde zoon is een jaar versneld in de kleuterschool en is later nogmaals versneld voor wiskunde alleen. Al deze manieren zijn vormen van versnelling.
Ik zeg niet dat elk kind zou moeten versnellen: mijn dochter, hoewel ook hoogbegaafd, bleef op leeftijd om diverse redenen. De Versnellingswenselijkheidslijst (vreselijk woord, maar het zegt wat het zegt) kan scholen en ouders helpen om te evalueren of een eventuele versnelling goed zou zijn voor hun kind.
Het is niet aan onze hoogbegaafde kinderen om andere mensen zich op hun gemak en comfortabel te laten voelen. Het is hun taak om iets bij te leren. Het is net de taak van de volwassenen om ervoor te zorgen dat zij passend onderwijs kunnen genieten. Versnelling kan dat op een relatief goedkope manier doen, gemakkelijk en met een minimum aan inspanning en stress wanneer het op een goede manier wordt aangepakt. Maar je hoeft mij niet op mijn woord te geloven.
Beste,
Ik wil toch even reageren op punt 2 van dit artikel.
Ooit hebben we besloten om onze jongste van het 2de naar het 4de leerjaar te laten springen omdat we dachten dat hij op cognitief vlak meer aan zijn trekken zou komen. Dat was ook zo. Het liep goed in de lagere school. Het schoolteam was zich bewust van wat hoogbegaafd zijn kan inhouden.
In het secundair verliep het enigszins anders. Mijn zoon liep plots tegen een muur van onbegrip aan.
Zowel leerlingen als teamleden zitten/zaten nog met een zeer beperkte visie op hoogbegaafdheid: ‘alles moet vanzelf gaan’, ‘die begrijpen alles’, … Leerlingen die 1 tot 2 jaar ouder waren dan hem, zitten met volledig andere dingen in hun hoofd dan een 10-jarige, daarvoor zijn het nu eenmaal pubers.
Het heeft er ondertussen toe geleid dat hij twee maal moeten zittenblijven heeft en met zeer veel tegenzin aan zijn laatste jaar begonnen is. Ik hoop dat hij het einde haalt.
Mijn zoon heeft een vriendenkring buiten de school en dat is goed. Maar niet aanvaard worden (en ik wil pesten dan nog buiten beschouwing laten) door een groep waar je minstens 7 uur mee doorbrengt, elke dag, lijkt me toch een hele opgave.
Dus om zomaar gezwind te stellen dat moeilijkheden op sociaal of emotioneel gebied de minst zinvolle zijn? Ik ben het daar niet mee eens. De academische uitdaging kan ook buiten de school liggen. Ik meen dat het belangrijkste is dat dit vooraf zeer goed moet besproken worden met alle betrokkenen en in de eerste plaats met het kind zelf. Als het kind liever bij zijn groep blijft, dan moet daar rekening mee gehouden worden en niet aan wat wij als ouders menen dat juist/goed/beter is.
Ik heb zelf het zesde leerjaar overgeslagen, om onderpresteren tegen te gaan en omdat ik toe was aan een nieuwe uitdaging. Maar eens het middelbaar goed en wel gestart was, waren de positieve gevolgen van deze vorm van versnellen alweer verdampt. Vier veeleisende naschoolse hobby’s en een ASO-Latijn in een ‘sterke’ school ten spijt, heb ik vooral de bladeren aan de boom buiten het klaslokaal be-/gestudeerd en vooral competenties verworven die focussen op “hoe haal ik een 5/10 door zo min mogelijk werk te doen?”. Het was heerlijk om een gap year in het buitenland te kunnen nemen nadien zonder een jaar te verliezen, maar botste daarna toch hard tegen de muur van leren leren op de universiteit en moest alsnog een jaar overdoen.
Ik zie dat nu enkele basisscholen al specifiek onderwijs aanbieden voor hoogbegaafden, hopelijk komt dit ook snel en op grotere schaal voor het secundair onderwijs, ik kan er maar enkel de voordelen van inzien! Cfr puntje 2, hoogbegaafde kinderen worden er enkel ‘normaler’ door als ze weten hoe het is om zich voor iets te moeten inspannen, naar mijn mening.